We hebben het in Nederland wel erg ingewikkeld gemaakt allemaal. Voor mensen die gezond zijn, geen hulp behoeven, die de Nederlandse taal redelijk machtig zijn, geen analfabeet en niet verstandelijk beperkt, lijkt het hier allemaal prima geregeld. Totdat er iets gebeurt en helemaal als zich meerdere problemen tegelijk voordoen.
Neem mevrouw Dekker, een alleenstaande vrouw van 58 jaar, die haar leven lang heeft gewerkt als verzorgende. Zij zat in de schuldregeling. Gelukkig had ze een redelijk inkomen (zo’n 1800 euro per maand). Ze had een saneringskrediet dat ze in drie jaar moest aflossen (375 euro per maand). Daarna zou ze weer met een schone lei kunnen beginnen.
Op zeker moment kreeg mevrouw Dekker een hersenbloeding, werd blijvend gehandicapt en belandde in de WIA. Omdat ze niet meer voor haar financiën kon zorgen vanwege haar ziekte, kwam ze onder beschermingsbewind te staan. Haar inkomen vanaf dat moment bedraagt 1340 euro, gelukkig nog altijd hoger dan de bijstand. Gezien de hoogte van haar inkomen komt ze niet in aanmerking voor huurtoeslag, slechts deels voor zorgtoeslag en niet voor bijzondere bijstand voor de kosten van bewindvoering.
Vanwege de daling van haar inkomen ging het bedrag dat mevrouw Dekker aan de Kredietbank moest aflossen omlaag naar 275 euro. De bewindvoerder diende een verzoek in om kwijtschelding vanwege het ontbreken van aflossingscapaciteit. De Kredietbank kende dit toe.
Vanwege haar handicap heeft mevrouw Dekker hoge zorgkosten en andere lasten. De bewindvoerder deed daarom een beroep op de Regeling Tegemoetkoming Meerkosten (RTM) van de gemeente. Dat werd in eerste instantie toegekend, maar omdat mevrouw Dekker niet meer afloste bij de Kredietbank, is de RTM weer gestopt.
Al met al heeft ze nu een inkomen van 1474 euro, waarvan ze 890 euro kwijt is aan huur, zorgverzekering en belastingen. Maandelijks heeft ze 583 euro te besteden voor de resterende vaste lasten en de kosten van levensonderhoud.
Dat is toch niet uit te leggen?
Stel nu dat mevrouw Dekker een lager inkomen zou hebben, bijvoorbeeld een bijstandsuitkering (942 euro per maand). In dat geval zou ze wel in aanmerking komen voor huurtoeslag, volledige zorgtoeslag, bijzondere bijstand vanwege de bewindvoering en RTM. Haar maandinkomen zou dan uiteindelijk zelfs hoger zijn dan nu (1593 euro).
Bovendien zouden de maandelijkse uitgaven lager zijn, vanwege het feit dat de betaling inkomstenbelasting 2017, de gemeentebelasting en de waterschapsbelasting zouden worden kwijtgescholden. Als mevrouw Dekker die bijstandsuitkering zou hebben, zou ze er per maand uiteindelijk 209 euro meer aan overhouden.
Dat is toch niet uit te leggen? Ze kan zich beter gezond verklaren, de WIA opzeggen en een bijstandsuitkering aanvragen.
Bewindvoerders in kwaad daglicht
Bewindvoerders staan politiek gezien momenteel nogal in een kwaad daglicht. Het gaat om een relatief nieuwe, groeiende beroepsgroep, waar op kosten van de gemeenschap makkelijk geld wordt verdiend – is het beeld.
Het systeem kent geen prikkels om te bevorderen dat deze professionals ervoor zorgen dat mensen weer zelfstandig hun financiën kunnen beheren. In een tijdperk waarin zelfredzaamheid voorop staat en de overheid de kosten van de verzorgingsstaat wil terugdringen, is dit geen beroep dat bijdraagt aan de van beleidswege nagestreefde ‘transformatie’.
De kunst is je niet gek te laten maken
Vanwege de complexiteit van onze samenleving en een tekortschietend ‘doenvermogen’ van een deel van de bevolking, zullen professionals zoals bewindvoerders altijd nodig zijn. Veel mensen zijn onvoldoende in staat om met alle ingewikkelde regels en systemen om te gaan. Vaak worden ze van het kastje naar de muur gestuurd, moeten bij tal van loketten aankloppen en worden geconfronteerd met ambtenaren die de wetten en regels die zij moeten uitvoeren braaf toepassen.
De ongunstige samenloop van allerlei regelingen is iets waar zij niks mee kunnen aanvangen. Mevrouw Dekker zou nooit op eigen kracht haar financiële situatie gezond kunnen krijgen.
En zelfs de bewindvoerder moet steeds weer allerlei loketten en instanties af en hen wijzen op de perversiteiten van de systemen. Dat vergt niet alleen veel inzet, maar ook volharding en de kunst je niet gek te laten maken door de waanzinnige wereld van onze (op zich goed bedoelde) verzorgingsstaat.
Dit artikel is eerder verschenen in ‘Wat een vak. Beschouwingen over professionalisering van sociaal werk bij het afscheid van Harry Hens’.
Bron: Socialevraagstukken.nl 22-10-2018